2011 loopt ten einde. Dit jaar was een retrospectief jaar voor mij. Veel dingen gedaan, maar ook afscheid genomen van verschillende zaken.
Volgens de Maya’s zou 2012 een keerpunt zijn. De beursvloeren zijn onrustig. Krantenkoppen schreeuwen: "Een wereldwijde crisis staat voor de deur".
Het Griekse woord "crisis" betekent ook mogelijkheid en kans. Griekenland is de bakermat van onze " Westerse" cultuur en democratie. Een democratie die in vele landen zwaar bevochten is.
Een optimist ziet lichtpuntjes en zal vragen of er genoeg kaarsen voorhanden zijn, een pessimist vreest bij het zien dat ze ooit zullen doven. Een realist zal de handen uit de mouwen steken en de voorraad kaarsen aanvullen.
Deze crisis geeft ook kansen. Bijvoorbeeld de kans, om iets te doen met een "gesloten" beurs. Denk aan de 2 ruilwinkels van Humanitas of de diverse weggeefwinkels in Nederland. Ook het Consuminderhuis in Landgraaf probeert mensen in materiële nood te helpen, en op een menswaardige manier zelfredzaam te maken.
Er zou gestreefd moeten worden naar een menswaardig "vangnet" voor mensen die, op welke manier dan ook, in de problemen zitten. En dan zónder te bezuinigen op zorg & welzijn.
Tegen onze premier (Mark Rutte) zou ik willen zeggen: "Praat eens met Occupy-demonstranten. Maak beleid, waardoor de banken en pensioenfondsen in hun (beleggings)beleid rekening móeten houden met de natuur, het milieu & de mensenrechten. Vraag de Nederlandse burger desnoods, wat er béter kan en moet in de maatschappij.
De mens is méér dan een productiefactor, méér dan een consument, méér dan een getalletje, méér dan een statistiek, méér dan een SOFI- of Burgerservicenummer, méér dan een fragmentje van de Nederlandse samenleving. De financiële markten en de economie mogen niet altijd het laatste woord hebben!!!
"You can fool some people sometime, but you can’t fool everyone all the time".
dinsdag 27 december 2011
2012
Labels:
2012,
banken,
consument,
economie,
Mark Rutte,
menswaardig,
occupy,
optimist,
pensioenfondsen,
ruilwinkels,
statistiek,
welzijn,
zelfredzaam,
zorg
zondag 31 juli 2011
Vrijwilligerswerk
De olie die de samenleving normaal laat functioneren
Vrijwilligerswerk is net zo divers als mensen en hun wensen & behoeften. Meestal heeft het een link met een persoonlijke interesse in iets óf met een diepere drijfveer (religieus en/of maatschappelijk). Maar áltijd is het vrijwillig. Het ideaal is "heiliger" dan simpelweg geld verdienen.
Je kunt het begrip vrijwilligerswerk omschrijven als: "Alle werk dat je doet, zonder financiële vergoeding of vergoeding in natura". Het schrijven van deze blog bijvoorbeeld is óók vrijwilligerswerk.
Dat vrijwillig meestal niet vrijblijvend is, begrijpt iedereen. Maar het gaat echt te vér, als je jezelf moet verantwoorden als je op een dag verstek moet laten gaan (bijvoorbeeld bij de dierenambulance). Soms trekt vrijwilligerswerk ook "beroepsidioten" of "statusgevoeligen" aan. Mensen die het betreffende werk zélfs zouden willen doen, als ze er (bij wijze van spreken) nog geld op moesten toeleggen. Of die een soort kick krijgen door de "status" die het betreffende vrijwilligerswerk met zich meebrengt. Deze mensen vergeten vaak, dat andermans enthousiasme soms iets minder fanatiek (of in zijn geheel net even anders) is.
De maatschappij verwacht in deze tijd érg veel van een gemiddelde burger. Om een doodgewoon huis te kunnen kopen, moet je minimaal met z’n tweeën én fulltime werken. Daarnaast heeft de crisis de werksfeer in het algemeen verslechterd: als het erop aankomt moet iedereen vechten om te houden wat hij/zij heeft. Vanzelfsprekend is dit niet bevorderlijk voor de onderlinge sfeer tussen collega’s.
Heb je de pech dat je ontslagen wordt, dan ben je ook nog eens verplicht om verantwoording af te leggen aan de uitkeringsinstantie en "mag" je gaan concurreren met duizenden andere werkzoekenden. En dát, terwijl de banen tegenwoordig niet bepaald voor het oprapen liggen (tenminste als je LBO-er of MBO-er bent). Bovendien moet je náást al die werk- of sollicitatiestress óók nog eens een goede partner, vader of moeder, schoonzoon of –dochter, buurvrouw, vriend(in), verenigingslid, etc. zijn.
Dat mensen tegenwoordig dus steeds mínder zin hebben om in hun (letterlijk) kostbare vrije tijd vrijwilligerswerk te doen, vind ik dus niet méér dan logisch!!!
Daarnaast stellen ook de vrijwilligersorganisaties allerlei eisen aan de vrijwilligers. Er zijn zat openstaande vacatures voor vrijwilligers, maar soms moet je daar zelfs op solliciteren. En dan compleet met CV en foto (...). Kan het nóg idioter???!
Ik denk dat zúlke bedrijven of organisaties op een doodgewone, ordinaire manier willen bezuinigen op beroepskrachten en dus op salarissen. Onder het motto: er is toch altijd wel een gek te vinden die dit wil doen. Zo’n gedachtengang getuigt niet bepaald van "sociale betrokkenheid en/of sociaal verantwoord ondernemen Eerder van a-socialiteit!
De maatschappij (wij met z’n allen dus) zou zulke bedrijven wat mij betreft mogen boycotten als er sprake is van dit soort "oneigenlijk gebruik van vrijwilligers", enkel en alleen om op personeelskosten te besparen. Er moet een gezonde wisselwerking zijn. In een "sociaal gezonde" en evenwichtige maatschappij moet de goede wil wél van twee kanten komen!
Ik heb in verschillende vrijwilligersorganisaties gewerkt. Nooit was er sprake van een sollicitatieprocedure. De politiek kent echter wél "mannetjesmakerij". De ene activist mag slechts folderen en actie voeren en de andere wordt met alle egards binnengehaald en binnen 5 maanden tot wethouder gebombardeerd. Natuurlijk heeft ieder mens andere capaciteiten. Maar het spel moet eerlijker gespeeld worden: met open kaarten. Geef mensen geen valse illusies.
Ik vind vrijwilligerswerk een verrijking van mijn leven. Je moet echter áltijd (kritisch) overwegen wat het je waard is. En welke organisatie jouw kostbare vrije tijd waardig is. Stel jezelf de vraag: ben ik ambitieus of wil ik gewoon een zinvolle dagbesteding? Wil ik dit doen uit sociaal plichtsbesef óf omdat ik er gewoon lol in heb? En niet onbelangrijk: wat heb ik er voor over? Ben ik over 3 maanden misschien alweer vertrokken óf ben ik zo enthousiast dat ik er een fikse discussie met mijn partner (die zich verwaarloosd voelt) voor over heb?!
Kortom: als je alle overwegingen bij elkaar optelt, vind ik het absoluut niet vreemd dat er steeds minder Nederlanders bereid zijn om vrijwilligerswerk te doen. Bedrijven en organisaties verwachten nog steeds té gemakkelijk, dat al hun vrijwilligers-vacatures vervuld zullen worden. Dit is echter géén vanzelfsprekendheid!
Vrijwilligerswerk is net zo divers als mensen en hun wensen & behoeften. Meestal heeft het een link met een persoonlijke interesse in iets óf met een diepere drijfveer (religieus en/of maatschappelijk). Maar áltijd is het vrijwillig. Het ideaal is "heiliger" dan simpelweg geld verdienen.
Je kunt het begrip vrijwilligerswerk omschrijven als: "Alle werk dat je doet, zonder financiële vergoeding of vergoeding in natura". Het schrijven van deze blog bijvoorbeeld is óók vrijwilligerswerk.
Dat vrijwillig meestal niet vrijblijvend is, begrijpt iedereen. Maar het gaat echt te vér, als je jezelf moet verantwoorden als je op een dag verstek moet laten gaan (bijvoorbeeld bij de dierenambulance). Soms trekt vrijwilligerswerk ook "beroepsidioten" of "statusgevoeligen" aan. Mensen die het betreffende werk zélfs zouden willen doen, als ze er (bij wijze van spreken) nog geld op moesten toeleggen. Of die een soort kick krijgen door de "status" die het betreffende vrijwilligerswerk met zich meebrengt. Deze mensen vergeten vaak, dat andermans enthousiasme soms iets minder fanatiek (of in zijn geheel net even anders) is.
De maatschappij verwacht in deze tijd érg veel van een gemiddelde burger. Om een doodgewoon huis te kunnen kopen, moet je minimaal met z’n tweeën én fulltime werken. Daarnaast heeft de crisis de werksfeer in het algemeen verslechterd: als het erop aankomt moet iedereen vechten om te houden wat hij/zij heeft. Vanzelfsprekend is dit niet bevorderlijk voor de onderlinge sfeer tussen collega’s.
Heb je de pech dat je ontslagen wordt, dan ben je ook nog eens verplicht om verantwoording af te leggen aan de uitkeringsinstantie en "mag" je gaan concurreren met duizenden andere werkzoekenden. En dát, terwijl de banen tegenwoordig niet bepaald voor het oprapen liggen (tenminste als je LBO-er of MBO-er bent). Bovendien moet je náást al die werk- of sollicitatiestress óók nog eens een goede partner, vader of moeder, schoonzoon of –dochter, buurvrouw, vriend(in), verenigingslid, etc. zijn.
Dat mensen tegenwoordig dus steeds mínder zin hebben om in hun (letterlijk) kostbare vrije tijd vrijwilligerswerk te doen, vind ik dus niet méér dan logisch!!!
Daarnaast stellen ook de vrijwilligersorganisaties allerlei eisen aan de vrijwilligers. Er zijn zat openstaande vacatures voor vrijwilligers, maar soms moet je daar zelfs op solliciteren. En dan compleet met CV en foto (...). Kan het nóg idioter???!
Ik denk dat zúlke bedrijven of organisaties op een doodgewone, ordinaire manier willen bezuinigen op beroepskrachten en dus op salarissen. Onder het motto: er is toch altijd wel een gek te vinden die dit wil doen. Zo’n gedachtengang getuigt niet bepaald van "sociale betrokkenheid en/of sociaal verantwoord ondernemen Eerder van a-socialiteit!
De maatschappij (wij met z’n allen dus) zou zulke bedrijven wat mij betreft mogen boycotten als er sprake is van dit soort "oneigenlijk gebruik van vrijwilligers", enkel en alleen om op personeelskosten te besparen. Er moet een gezonde wisselwerking zijn. In een "sociaal gezonde" en evenwichtige maatschappij moet de goede wil wél van twee kanten komen!
Ik heb in verschillende vrijwilligersorganisaties gewerkt. Nooit was er sprake van een sollicitatieprocedure. De politiek kent echter wél "mannetjesmakerij". De ene activist mag slechts folderen en actie voeren en de andere wordt met alle egards binnengehaald en binnen 5 maanden tot wethouder gebombardeerd. Natuurlijk heeft ieder mens andere capaciteiten. Maar het spel moet eerlijker gespeeld worden: met open kaarten. Geef mensen geen valse illusies.
Ik vind vrijwilligerswerk een verrijking van mijn leven. Je moet echter áltijd (kritisch) overwegen wat het je waard is. En welke organisatie jouw kostbare vrije tijd waardig is. Stel jezelf de vraag: ben ik ambitieus of wil ik gewoon een zinvolle dagbesteding? Wil ik dit doen uit sociaal plichtsbesef óf omdat ik er gewoon lol in heb? En niet onbelangrijk: wat heb ik er voor over? Ben ik over 3 maanden misschien alweer vertrokken óf ben ik zo enthousiast dat ik er een fikse discussie met mijn partner (die zich verwaarloosd voelt) voor over heb?!
Kortom: als je alle overwegingen bij elkaar optelt, vind ik het absoluut niet vreemd dat er steeds minder Nederlanders bereid zijn om vrijwilligerswerk te doen. Bedrijven en organisaties verwachten nog steeds té gemakkelijk, dat al hun vrijwilligers-vacatures vervuld zullen worden. Dit is echter géén vanzelfsprekendheid!
dinsdag 26 juli 2011
De volkstuin - wie zaait zal oogsten
Wat leert ons de volkstuin? Het tuinieren, één van de grootste niet-georganiseerde hobbies, mag zich verheugen op een toenemende aandacht in de media.
Een volkstuin is een middel om mensen met elkaar in contact te brengen. De gemeente Heerlen gaf een braakliggend stuk grond in bruikleen aan de bewoners van Meezenbroek, Schandelen en Palemig om er een aantal moestuintjes (pockettuintjes) van te maken. Het doel was om samenhang te creëren in deze wijken.
Samen met mijn vriendin heb ik een kleine tuin van 50 m2 gehuurd in de Kerkraadse wijk Holz.
Vriendin ontving de sleutel van de tuin op vrijdag 11 februari. We hebben sindsdien een soort tijdschema bijgehouden.
In het begin was er veel tijd & energie nodig om het tuintje gebruiksklaar te maken. Het stuk grond was 3 jaar niet meer gebruikt en zodoende was er veel onkruid dat weggehaald moest worden.
We waren in totaal 29 uur bezig, om alles om te spitten en meer-of-minder onkruid vrij te maken (dus 14½ uur per persoon).
Vervolgens hebben we netjes gewacht tot de "ijsheiligen", voordat we onze zelf opgekweekte jonge plantjes aan de "volle grond" toevertrouwden. Jammergenoeg kwam niet álle zaaigoed tot volle wasdom en ook zijn een stuk of 12 plantjes voortijdig gesneuveld door pure onwetendheid.
Van een tuin-buurman kregen we als pleister op de wond twee courgetteplanten cadeau, die ons op 19-07-2011 de eerste vrucht schonken. Een courgette van 3½ kg, schoon aan de haak. En dat geheel zónder mest.
Op dat moment hebben we al minimaal zo’n 62 uur werk aan deze tuin besteed. En dan heb ik nog niet de tijd meegerekend dat we de plantjes water hebben gegeven (vanwege het droge, warme voorjaar van 2011).
Juli was al natter en zodoende hoefden we aan het ‘water geven’ minder tijd te besteden. Het onkruid groeit helaas razendsnel als het regent. Dus daar zijn we voorlopig nog niet vanaf. Maar gelukkig groeien ook de koolrabi’s, de pompoenen, de tomaten en de aardappels als ‘kool’, dus het gaat gestaag de goede kant op.
Het tijdschema van een tuin is vergelijkbaar met die van sport of studie. Het hardst moet je werken, om een basisconditie of basiskennis te verwerven. En verder is het ‘regelmatig bijhouden’ van die conditie of kennis van belang. Niet 1x láng werken, maar regelmatig. En dan mag het ook iets korter zijn. Als je langer dan twee uur aan het leren bent, is de kans groot, dat de hersenen minder opnemen dan de eerste twee uur.
Hoewel we geen echte boeren (landbouwers) zijn, merk ik dat je als tuinier meer leeft (en bezig bent) met de elementen. Voorspellen de weermannen en buienradar regen voor de volgende dag, dan moet je vandáág doen, wat je eigenlijk voor morgen had gepland. Bovendien krijg je steeds meer respect voor Moeder Aarde. Wat zij voortbrengt, wat zij tot leven wekt, daar is de mens niet toe in staat!
Bij het tuinieren gaat het echter om méér dan alleen de netto opbrengst van een stukje grond. Je leert bij het schoffelen en onkruid wieden mensen kennen. En gevraagd én ongevraagd krijg je adviezen. Vriendin en ik zullen wel zien waar het schip strandt. Maar al-met-al vind ik ons "experimentje" nu al geslaagd…
Een volkstuin is een middel om mensen met elkaar in contact te brengen. De gemeente Heerlen gaf een braakliggend stuk grond in bruikleen aan de bewoners van Meezenbroek, Schandelen en Palemig om er een aantal moestuintjes (pockettuintjes) van te maken. Het doel was om samenhang te creëren in deze wijken.
Samen met mijn vriendin heb ik een kleine tuin van 50 m2 gehuurd in de Kerkraadse wijk Holz.
Vriendin ontving de sleutel van de tuin op vrijdag 11 februari. We hebben sindsdien een soort tijdschema bijgehouden.
In het begin was er veel tijd & energie nodig om het tuintje gebruiksklaar te maken. Het stuk grond was 3 jaar niet meer gebruikt en zodoende was er veel onkruid dat weggehaald moest worden.
We waren in totaal 29 uur bezig, om alles om te spitten en meer-of-minder onkruid vrij te maken (dus 14½ uur per persoon).
Vervolgens hebben we netjes gewacht tot de "ijsheiligen", voordat we onze zelf opgekweekte jonge plantjes aan de "volle grond" toevertrouwden. Jammergenoeg kwam niet álle zaaigoed tot volle wasdom en ook zijn een stuk of 12 plantjes voortijdig gesneuveld door pure onwetendheid.
Van een tuin-buurman kregen we als pleister op de wond twee courgetteplanten cadeau, die ons op 19-07-2011 de eerste vrucht schonken. Een courgette van 3½ kg, schoon aan de haak. En dat geheel zónder mest.
Op dat moment hebben we al minimaal zo’n 62 uur werk aan deze tuin besteed. En dan heb ik nog niet de tijd meegerekend dat we de plantjes water hebben gegeven (vanwege het droge, warme voorjaar van 2011).
Juli was al natter en zodoende hoefden we aan het ‘water geven’ minder tijd te besteden. Het onkruid groeit helaas razendsnel als het regent. Dus daar zijn we voorlopig nog niet vanaf. Maar gelukkig groeien ook de koolrabi’s, de pompoenen, de tomaten en de aardappels als ‘kool’, dus het gaat gestaag de goede kant op.
Het tijdschema van een tuin is vergelijkbaar met die van sport of studie. Het hardst moet je werken, om een basisconditie of basiskennis te verwerven. En verder is het ‘regelmatig bijhouden’ van die conditie of kennis van belang. Niet 1x láng werken, maar regelmatig. En dan mag het ook iets korter zijn. Als je langer dan twee uur aan het leren bent, is de kans groot, dat de hersenen minder opnemen dan de eerste twee uur.
Hoewel we geen echte boeren (landbouwers) zijn, merk ik dat je als tuinier meer leeft (en bezig bent) met de elementen. Voorspellen de weermannen en buienradar regen voor de volgende dag, dan moet je vandáág doen, wat je eigenlijk voor morgen had gepland. Bovendien krijg je steeds meer respect voor Moeder Aarde. Wat zij voortbrengt, wat zij tot leven wekt, daar is de mens niet toe in staat!
Bij het tuinieren gaat het echter om méér dan alleen de netto opbrengst van een stukje grond. Je leert bij het schoffelen en onkruid wieden mensen kennen. En gevraagd én ongevraagd krijg je adviezen. Vriendin en ik zullen wel zien waar het schip strandt. Maar al-met-al vind ik ons "experimentje" nu al geslaagd…
Labels:
aardappels,
courgette,
de elementen,
ijsheiligen,
koolrabi,
media,
onkruid,
pockettuintjes,
pompoenen,
schoffelen,
tomaten,
tuinieren,
volkstuin
zaterdag 2 juli 2011
woensdag 9 februari 2011
De OV-chipkaart
Het kabinet pompt enorm veel geld in asfalt. De Crisis- & herstelwet is erop gericht om in korte tijd veel snelwegen te verbreden of zelfs nieuw aan te leggen. De investeringen in het spoor zijn helaas aanzienlijk minder. Ook fietspaden worden blijkbaar (nog) niet gezien als een bevordering van de algemene mobiliteit, en dat terwijl steeds meer mensen met de elektrische fiets door de regio tuffen.
Dit kabinet kiest dus alwéér voor de Heilige Koe. Provinciale Staten van Limburg kiest openlijk voor de Buitenring Parkstad. Dit betekent concreet: nóg meer asfalt in de diverse Parkstadgemeenten. In Kerkrade is op dit moment al 11% van de totale oppervlakte geasfalteerd. Het experiment "Gratis OV voor 65-plussers" is jammergenoeg niet gecontinueerd (al had ik líever gezien dat het ook voor de overige leeftijdsgroepen gratis was geweest). Vervoersbedrijf Veolia wilde steeds méér geld zien voor dit contract met de Parkstad-gemeenten. Ik vind het trouwens erg vreemd dat zij aanvankelijk de aanbesteding kregen op grond van hun concurrerende prijs, terwijl ze een aantal jaren later hun hand weer komen ophouden omdat ze het financiële (te mooie) plaatje van destijds niet meer kunnen waarmaken.
Nu is er dan óók nog de OV-chipkaart. Een elektronisch pasje om gebruik van het openbaar vervoer mee af te rekenen. Als gebruiker van een pinpas heb ik geen angst voor dergelijke systemen. Maar… ik betreur het ten zeerste, dat de kosten van dit systeem (voor de zoveelste keer) verhaald worden op de gebruikers: de OV-reizigers.
De aanschaf van de OV-kaart kost Eur 1,50 voor de persoonlijke versie (de kosten van de daarvoor benodigde pasfoto nog buiten beschouwing gelaten) óf Eur 7,50 voor de ‘anonieme’ OV-chipkaart.
Ook het niet uitchecken van OV-reizigers kost geld: volgens De Volkskrant een half miljoen euro. 7000 reizigers per dag vergeten om langs de uitcheck-paal te lopen. Men kan het geld vervolgens wel terugkrijgen als men dit opmerkt, maar slechts weinig reizigers doen dit daadwerkelijk. De RET in Rotterdam heeft een eenvoudig claimformulier en daarvan maakt slechts 35% gebruik. Bij de NS moet men eerst een telefoonnummer bellen. Hier maakt slechts 11% gebruik van de mogelijkheid tot teruggave van de onnodige reiskosten. Onoplettendheid betekent dus onnodig betalen voor niet genoten kilometers!
De conclusie van dit alles: de maatschappelijke kosten van de milieu- en luchtvervuiling (fijnstof, kooldioxide, zware metalen, etc.) betalen we uiteindelijk tóch wel. Met dank aan al die kabinetten, die het autoverkeer en de vervuilende industrieën geen strobreed in de weg gelegd hebben!
Bedenk echter, dames & heren ministers, kamerleden en industriëlen: al deze ongezonde uitstoot vervuilt uiteindelijk ook de lucht die u zélf inademt!!! De atmosfeer heeft nou eenmaal géén "nooduitgang". Dát noem ik nou eens GERECHTIGHEID!!!
Dit kabinet kiest dus alwéér voor de Heilige Koe. Provinciale Staten van Limburg kiest openlijk voor de Buitenring Parkstad. Dit betekent concreet: nóg meer asfalt in de diverse Parkstadgemeenten. In Kerkrade is op dit moment al 11% van de totale oppervlakte geasfalteerd. Het experiment "Gratis OV voor 65-plussers" is jammergenoeg niet gecontinueerd (al had ik líever gezien dat het ook voor de overige leeftijdsgroepen gratis was geweest). Vervoersbedrijf Veolia wilde steeds méér geld zien voor dit contract met de Parkstad-gemeenten. Ik vind het trouwens erg vreemd dat zij aanvankelijk de aanbesteding kregen op grond van hun concurrerende prijs, terwijl ze een aantal jaren later hun hand weer komen ophouden omdat ze het financiële (te mooie) plaatje van destijds niet meer kunnen waarmaken.
Nu is er dan óók nog de OV-chipkaart. Een elektronisch pasje om gebruik van het openbaar vervoer mee af te rekenen. Als gebruiker van een pinpas heb ik geen angst voor dergelijke systemen. Maar… ik betreur het ten zeerste, dat de kosten van dit systeem (voor de zoveelste keer) verhaald worden op de gebruikers: de OV-reizigers.
De aanschaf van de OV-kaart kost Eur 1,50 voor de persoonlijke versie (de kosten van de daarvoor benodigde pasfoto nog buiten beschouwing gelaten) óf Eur 7,50 voor de ‘anonieme’ OV-chipkaart.
Ook het niet uitchecken van OV-reizigers kost geld: volgens De Volkskrant een half miljoen euro. 7000 reizigers per dag vergeten om langs de uitcheck-paal te lopen. Men kan het geld vervolgens wel terugkrijgen als men dit opmerkt, maar slechts weinig reizigers doen dit daadwerkelijk. De RET in Rotterdam heeft een eenvoudig claimformulier en daarvan maakt slechts 35% gebruik. Bij de NS moet men eerst een telefoonnummer bellen. Hier maakt slechts 11% gebruik van de mogelijkheid tot teruggave van de onnodige reiskosten. Onoplettendheid betekent dus onnodig betalen voor niet genoten kilometers!
De conclusie van dit alles: de maatschappelijke kosten van de milieu- en luchtvervuiling (fijnstof, kooldioxide, zware metalen, etc.) betalen we uiteindelijk tóch wel. Met dank aan al die kabinetten, die het autoverkeer en de vervuilende industrieën geen strobreed in de weg gelegd hebben!
Bedenk echter, dames & heren ministers, kamerleden en industriëlen: al deze ongezonde uitstoot vervuilt uiteindelijk ook de lucht die u zélf inademt!!! De atmosfeer heeft nou eenmaal géén "nooduitgang". Dát noem ik nou eens GERECHTIGHEID!!!
Labels:
asfalt,
crisis- en herstelwet,
fijnstof,
kooldioxide,
mobiliteit,
niet uitchecken,
OV,
OV-chipkaart,
Parkstad
zaterdag 25 september 2010
De volks-tuin
In een stedelijk gebied zitten mensen vaak verlegen om "groen". Kerkrade is geen grote stad, maar in sommige wijken zijn de huizen érg dicht op elkaar gebouwd. Maar liefst 11% van de totale oppervlakte van de gemeente Kerkrade bestaat uit asfalt.
Bij de opkomst van de mijnbouw werd rekening gehouden met de behoefte aan een tuin (voor de mijnwerkers). In de late jaren zestig en vroege jaren zeventig daarentegen, wilde men véél mensen huisvesten op een kleine(re) oppervlakte (dus zónder tuin). De flats in Bleijerheide en Rolduckerveld-Chevremont waren een feit. Diezelfde flats staan momenteel op de nominatie om gesloopt te worden, omdat de Kerkraadse bevolking vergrijst en tevens krimpt.
Een tuin is voor veel mensen een verademing, een plek om tot rust te komen. Om de accu weer op te laden. Om te genieten van de rust en de natuur én je eigen groente en/of fruit te kweken.
In een volkstuintjes-complex hebben mensen bovendien meestal automatisch aanspraak van de buurman of buurvrouw. Bovendien schept het een band. Sociale rangen en standen en/of culturele verschillen vervagen. Of je nou werkzoekend, arbeidsongeschikt of ex-asielzoeker bent: niet de verschillen maar de gemeenschappelijke interessen worden benadrukt. Niet de hoogte van het salaris, maar wél hoe de komkommers en de paprika’s het "doen" is van belang voor de volkstuin-bezitter.
Kortom: een volkstuintje is dé manier om mensen ergens bij te betrekken.
Tegenwoordig wordt in Kerkrade het internet gebruikt, om oudere en gehandicapte medemensen te betrekken bij de (Kerkraadse) samenleving. Volgens mij is ook een volkstuintjes-complex een uitermate geschikte plek om andere mensen te ontmoeten. Mits er aan een aantal voorwaarden wordt voldaan (uiteraard).
Als je weet dat een doorsnee mens te weinig beweegt en te veel binnenzit (en daardoor lichamelijke en psychische klachten ontstaan), is het niet gek om lichamelijke beweging te stimuleren. Of het nou is d.m.v. het sponsoren van een atletiekwedstijd of volleybal-toernooi óf d.m.v. het "adopteren" van een volkstuintje.
Menig ziektekostenverzekeraar zou uiteindelijk stukken goedkoper uit zijn, als voor een aantal verzekerden een volkstuintje gehuurd zou worden, in plaats van deze mensen (al dan niet gedeeltelijk) dagbehandeling te bekostigen bij een instelling als "Mondriaan" (Heerlen) of Vincent van Gogh (Venray) en ze daar te laten "platspuiten".
En wat te denken van depressieve medemensen óf lichamelijk gehandicapten die de hele dag niets om handen hebben omdat ze maar geen betaald werk (kunnen) vinden? Of mensen die overspannen, opgebrand of anderszins "psychisch overbelast" zijn? Of mensen die om totaal andere redenen baat hebben bij het bezig zijn in een rustige, groene omgeving?!
Een gezond lichaam begint altijd met een gezonde geest. Voor iedereen!!!
Bij de opkomst van de mijnbouw werd rekening gehouden met de behoefte aan een tuin (voor de mijnwerkers). In de late jaren zestig en vroege jaren zeventig daarentegen, wilde men véél mensen huisvesten op een kleine(re) oppervlakte (dus zónder tuin). De flats in Bleijerheide en Rolduckerveld-Chevremont waren een feit. Diezelfde flats staan momenteel op de nominatie om gesloopt te worden, omdat de Kerkraadse bevolking vergrijst en tevens krimpt.
Een tuin is voor veel mensen een verademing, een plek om tot rust te komen. Om de accu weer op te laden. Om te genieten van de rust en de natuur én je eigen groente en/of fruit te kweken.
In een volkstuintjes-complex hebben mensen bovendien meestal automatisch aanspraak van de buurman of buurvrouw. Bovendien schept het een band. Sociale rangen en standen en/of culturele verschillen vervagen. Of je nou werkzoekend, arbeidsongeschikt of ex-asielzoeker bent: niet de verschillen maar de gemeenschappelijke interessen worden benadrukt. Niet de hoogte van het salaris, maar wél hoe de komkommers en de paprika’s het "doen" is van belang voor de volkstuin-bezitter.
Kortom: een volkstuintje is dé manier om mensen ergens bij te betrekken.
Tegenwoordig wordt in Kerkrade het internet gebruikt, om oudere en gehandicapte medemensen te betrekken bij de (Kerkraadse) samenleving. Volgens mij is ook een volkstuintjes-complex een uitermate geschikte plek om andere mensen te ontmoeten. Mits er aan een aantal voorwaarden wordt voldaan (uiteraard).
Als je weet dat een doorsnee mens te weinig beweegt en te veel binnenzit (en daardoor lichamelijke en psychische klachten ontstaan), is het niet gek om lichamelijke beweging te stimuleren. Of het nou is d.m.v. het sponsoren van een atletiekwedstijd of volleybal-toernooi óf d.m.v. het "adopteren" van een volkstuintje.
Menig ziektekostenverzekeraar zou uiteindelijk stukken goedkoper uit zijn, als voor een aantal verzekerden een volkstuintje gehuurd zou worden, in plaats van deze mensen (al dan niet gedeeltelijk) dagbehandeling te bekostigen bij een instelling als "Mondriaan" (Heerlen) of Vincent van Gogh (Venray) en ze daar te laten "platspuiten".
En wat te denken van depressieve medemensen óf lichamelijk gehandicapten die de hele dag niets om handen hebben omdat ze maar geen betaald werk (kunnen) vinden? Of mensen die overspannen, opgebrand of anderszins "psychisch overbelast" zijn? Of mensen die om totaal andere redenen baat hebben bij het bezig zijn in een rustige, groene omgeving?!
Een gezond lichaam begint altijd met een gezonde geest. Voor iedereen!!!
zaterdag 7 augustus 2010
De atlas van de macht (2)
Ook in Parkstad kun je machtsstructuren noemen die niet democratisch zijn. Soms spreekt het vanzelf. Een bank bijvoorbeeld heeft alleen het doel om geld te verdienen. Ze doen alleen wat de wetgeving dwingend voorschrijft om te doen. Zoals in de Wet op de Ondernemingsraden.
Helaas zijn er ook zwarte schapen.
In Parkstad is slechts één regionaal mediacollectief actief. Zij verdient haar geld met de verkoop van advertenties, krante-abonnementen en losse verkoop. Anderzijds vinden veel mensen een betaalde krant te duur en halen het nieuws uit gratis huis-aan-huis-bladen én de regionale radio & TV.
De laatste tijd kun je bijvoorbeeld ook in "Zondagsnieuws" politieke stukken lezen. Veel politici moeten hun contacten met de media goed onderhouden. De journalist heeft dus een soort monopolie-positie.
Ik heb al eens gehoord dat een journalist (informeel) tegen iemand zei: Als jij niet vertelt wat je gaat doen, zal ik in de toekomst ook geen aandacht meer aan jullie politieke zaak schenken". Kranten hebben macht, maar wellicht zal dit machts-monopolie ooit worden doorbroken door internet…
Helaas zijn er ook zwarte schapen.
In Parkstad is slechts één regionaal mediacollectief actief. Zij verdient haar geld met de verkoop van advertenties, krante-abonnementen en losse verkoop. Anderzijds vinden veel mensen een betaalde krant te duur en halen het nieuws uit gratis huis-aan-huis-bladen én de regionale radio & TV.
De laatste tijd kun je bijvoorbeeld ook in "Zondagsnieuws" politieke stukken lezen. Veel politici moeten hun contacten met de media goed onderhouden. De journalist heeft dus een soort monopolie-positie.
Ik heb al eens gehoord dat een journalist (informeel) tegen iemand zei: Als jij niet vertelt wat je gaat doen, zal ik in de toekomst ook geen aandacht meer aan jullie politieke zaak schenken". Kranten hebben macht, maar wellicht zal dit machts-monopolie ooit worden doorbroken door internet…
Abonneren op:
Posts (Atom)