zaterdag 22 maart 2008

Kerkrade weinig op internet


Welke invloed heeft internet op ons leven? En zijn we allemaal zo virtueel ingesteld? De internetdichtheid is groot in Nederland. Echter, de internetvaardigheden blijven nogal achter bij de gebruikers. Vooral ouderen beperken zich tot het versturen van e-mails en het zoeken naar informatie op het internet. Hier is natuurlijk niks mis mee. Ik denk dat de digitalisering in Nederland sneller gaat dan in de omringende landen. De overheid en de belastingdienst spelen hier handig op in. Digid is een goed voorbeeld hiervan.

Slechts 58% van de Kerkraadse huishoudens beschikt over een internetaansluiting. Dat blijkt uit een mediaonderzoek dat Gemeente Kerkrade eind 2007 heeft gepresenteerd. Het landelijke gemiddelde lag in 2007 op 83%. De Kerkraadse "internet-participatie" van 58% behoort dus tot de laagste van Nederland en wordt door een gemeente-woordvoerder veroorzaakt door de vergrijzing van de bevolking. Hij kon geen andere reden bedenken, maar geldgebrek is volgens mij óók een belangrijke reden. Want laten we eerlijk wezen: het gemiddelde inkomen in Kerkrade is niet bepaald hoog te noemen.
Omliggende gemeenten hebben trouwens geen vergelijkbaar onderzoek gedaan onder hun bevolking en kunnen dan ook niets zeggen over de internetdichtheid.

Kerkrade stuurde in 2006 naar 1200 huisadressen een vragenlijst (met vragen over: de kranten die men leest, hoe men de weekbladen waardeert, óf en hoe vaak men de gemeentelijke internetsite bezoekt en wat men vindt van (bijvoorbeeld) promotionele televisiespotjes en reportages. Van de verstuurde vragenlijsten kwamen er 540 retour. Dat is (vergeleken bij een eerder onderzoek) een tegenvallende score, maar zijn de uitkomsten nog representatief.

Het bedrijfsleven ziet de burger echter alleen als consument. Als ze uw brievenbus niet meer vol kunnen proppen met reclame, dan zullen ze dit zeer zeker virtueel proberen te doen.

Met dank aan mijn vriendin, freelance-fotografe Sally, voor de mooie foto's!

zondag 16 maart 2008

Radio City

Ik ben mijn zoektocht begonnen met het ontmaskeren van de magie achter basale en abstracte zaken als schilderkunst, literatuur, atletiek en de maatschappij.
Vandaag komt een andere liefde ter sprake: de radio (a wall of sound). Wat doet het met mij? En waarin zit de magie? Reinout Oerlemans legt op televisie uit, waarom zijn productiebedrijf Eyeworks een dergelijk wereldwijd succes heeft met televisie-formats. Clichés en herkenbaarheid zijn erg belangrijk. Enerzijds vind ik het een knap staaltje vakmanschap, maar anderzijds ook hééél erg goedkoop. Maar hij doet het toch maar…

Gisteren zijn wij (Sally, Fish en ik) begonnen aan ons radio-experiment. Goede muziek en échte gesprekken. Misschien schortte het nog aan redactiewerk en voorbereiding, maar enthousiasme was er volop. Het deed denken aan de kweekvijver van Radio 3. De VARA verkocht toen voor f 500,- radiozendtijd voor Radio Free South-Africa. Bedoeld om daar eerlijke nieuwsgaring te verstrekken aan de zwarte en onderdrukte bevolking. Radio zonder censuur. Dus geen Sun City maar Radio City.

Radio-interviews komen er op neer, dat je de gast(en) op de praatstoel zet. Open vragen stellen… en iemand zich "speciaal" laten voelen. Maar wel met een oprechte interesse! Natuurlijk heeft politiek en muziek met exhibitionisme te maken. Ik denk aan een liedje van Bram Vermeulen: "Pappa kijk dan, ik kan al fietsen". Een kind dat zijn kunde aan zijn vader wil laten zien. Al snel wil je met je kennis en kunde woekeren. Aandacht willen is een menselijk gegeven. Radio en TV gaan echter veel verder dan de familiaire kring.

Radio is een fantastisch en krachtig medium. Maar ook vaak misbruikt door dictaturen.
Ik wil deze column wijden aan radiohelden van weleer. Zoals Theo Koomen en Cees Schilperoort. Koomen kon een saaie wielerwedstrijd tot een bloedstollend spannende race "omtoveren". En ook zijn verslaggevingen van voetbalwedstrijden tussen Nederland en België waren echte radiomonumenten. Evenals radioprogramma’s als "9 heit de klok", "Ron flon flon" en de "Steen en been-show".

Wat brengt de toekomst voor de radio? Creatieve mensen zullen hun weg wel vinden. Via internet zal er steeds meer gepodcast worden. Ik mis ook de piratenzenders van weleer. Oeverloos gezwam en de groetjes doen aan Jan-en-alleman via de ether. De radiocontroledienst (RCD) maakte vaak een einde aan dit plezier. Ik ben voorstander van "ieder zijn/haar plezier", zolang het andere radiozenders maar niet stoort. Wat voor kwaad kan er nu in "zelfgefabriekte" radioprogramma’s zitten?

Mijn favoriete radioprogramma’s waren "VARA’s Vuurwerk". Waar in de Kerstspecial VARA-directeur Marcel van Dam, samen met Henk Westbroek, de plaatjes aankondigde. "Hier weer een nummertje van … uuuuuuuuhhhh… Iron Maiden". Helaas is dit programma een zachte dood gestorven.
De "Zalige Liefdeslijn" van de KRO was het eerste datingprogramma dat ik hoorde, nog voordat dating een commerciële markt werd.

Radio vervangt tegenwoordig de krant. Veel muziekstijlen zijn verbannen van de radio. En het wordt steeds meer "commerciële eenheidsworst". Ieder radiostation zijn eigen muziek in een eigen hokje.
Alles moet mainstream en horizontaal geprogrammeerd worden, althans: zo willen de zendercoördinatoren, muziekcoördinatoren én muzieksamenstellers van vandaag ons doen geloven. New-Wave en Hardrock lijken geen recht meer te hebben op airplay. Het is een schandaal…

dinsdag 11 maart 2008

Surivlaanderen (1)

Dinsdag 05-02-2008, 9.09 uur.
De onafhankelijke staat Surivlaanderen is uitgeroepen. Na enkele grensschermutselingen is de onafhankelijkheid een feit. Uitgeroepen op het internet. Dit land kan helaas slechts een digitale toekomst hebben. Een vlucht uit de harde Hollandse zakelijkheid. De realiteit van nationalisme in Nederland en Vlaanderen, maar… het wordt géén Narco- of Bouterse-staat.

Waarom een nieuwe staat? Om dit te beantwoorden moeten we naar de exportproducten kijken. Heerlijke bourgondische maaltijden, oorstrelende muziek en prachtige literatuur. Voor me ligt de Top 2000 (van 2007) zoals die in december (op Radio 2 NL) is uitgezonden. Ik heb in deze lijst tot mijn enorme verbazing/verbijstering nauwelijks een Vlaamse of Surinaamse artiest kunnen ontwaren.

"Zullen we nog eens, zullen we nog eens, zullen we nog eens een potje dansen". Vlaanderen heeft mooie songs, die op de-één-of-andere-manier maar niet willen doorbreken op de Nederlandse radio. Een goed voorbeeld hiervan is de band Gorki met het nummer "Mia".
"Don’t worry, be happy", zou je zeggen. Maar we pikken het niet meer! Veel muziek in Vlaanderen en Suriname is Nederlandstalig, maar de vele Nederlandse radiostations verdommen het om verder te kijken dan Marco Borsato, Paul de Leeuw, Doe Maar, Gordon, René Froger, Ali B., Jan Smit, Boudewijn de Groot, André Hazes en Gerard Joling. Laat staan dat ze hun oor te luister leggen in Bloemfontein (Zuid-Afrika) of Paramaribo (Suriname).

Belgische muzikanten zijn vaker poëtischer in hun taalgebruik dan hun Nederlandse collega’s. Stef Bos is weliswaar een Nederlander, maar getuige zijn muziek en tekstkeuze voelde hij zich altijd al meer op zijn plek in Vlaanderen. Om het vervolgens (nóg exotischer) te proberen in Zuid-Afrika.
Ik geniet overigens ook van Adriaan van Dis (van zijn reportage over Zuid-Afrika), waarin hij met Afrikaners spreekt over misstanden in "The Rainbow Country".

Wordt vervolgd…

maandag 10 maart 2008

Geert Mak (1)

Geert Mak in het Centre Ceramique te Maastricht


Interview met Geert Mak uit Libelle 26 februari 2007:



"Hoe kunnen wij overleven? "

Geert Mak is niet alleen in Nederland een begrip, ook in de rest van Europa is zijn ster rijzende. En dat voor een schrijver die jarenlang heeft gesappeld. Tien jaar na het verschijnen van zijn eerste bestseller "Hoe God verdween uit Jorwed", schrijft Geert Mak het boekenweekgeschenk "De Brug". Libelle sprak met hem over leven van vijf euro per dag, de schaduwkanten van het schrijverssucces, ouder worden en strijdlust.

"Hoe God verdween uit Jorwed", "De eeuw van mijn vader", "In Europa…". Het is zomaar een greep uit de boeken die Geert Mak de afgelopen tien jaar schreef. Het genre is mateloos populair, getuige de verkoopcijfers. Alleen al van zijn laatste boek "In Europa" vlogen 350.000 exemplaren over de toonbank. En zijn ster rijst niet alleen in Nederland. "In Europa" wordt ongeveer in tien talen vertaald. In maart verschijnt het in Engeland, in september in Amerika. Mak zelf is er nog altijd een tikkeltje gelaten onder: "Wie bekend is, leeft een adrenalineleven. Je hebt vrij weinig tijd voor andere dingen. Ik merk dat ik daar zo langzamerhand wel vanaf wil. Ik wil doen wat ik het liefste doe: schrijven.

Dit jaar (red: vorig jaar), mocht Mak het boekenweekgeschenk schrijven. "De Brug" gaat -kort gezegd– over het leven óp en ónder de Galatabrug in Istanbul (Turkije).


Waarom schrijft u een boekje hierover?

"Ik kende de brug al van eerdere reizen en dacht destijds meteen: deze plek heeft iets fascinerends. Dagelijks zaten er tientallen, soms wel honderden mensen, te vissen. Duizenden mensen passeerden die brug, overal liepen theeverkopers, handelaars in speelgoed en nep-parfums, straatverkopers met pleisters, ballpoints en zooltjes, bedelaars, zakkenrollers, van alles. Het is een stad binnen een stad. De hengelaars hadden niet de meest boeiende verhalen te vertellen. Maar de straatverkopers en de mensen die over het water stonden te turen, omdat hun gemoed te vol was van alles wat ze meemaakten, vertelden indrukwekkende verhalen. Toen ik aan deze klus begon, had ik een vrij vaag idee; het boek kon nog alle kanten op. Uiteindelijk trok dit boek zichzelf in de richting: hoe is het om te leven van 5 euro per dag? En daar soms ook nog een heel gezin van te moeten onderhouden? Hoe is het om te leven zoals een zeer groot deel van de wereldbevolking moet leven? En ook over: hoe houden mensen hun waardigheid, trots en menselijkheid overeind? Want ze stompen allerminst af. Ik vond het echt een voorrecht om deze mensen te leren kennen".

Kunt u dat uitleggen?

"Ik trok veel op met een man die ’s winters warme inlegzooltjes verkocht en ’s zomers zonnebrillen probeerde te slijten. Ik noemde hem de zolenman. In het begin maak je een praatje. Maar gaandeweg leer je hem wat beter kennen en hij jou. En op het laatst wordt het een bekende van je. Op dat moment begint het echte werk. Wij gingen wel eens -samen met een tolk- een hele ochtend onder een lekkend dakje zitten theedrinken. De zolenman kon het allemaal net redden. Hij sliep niet op straat, maar in een heel goedkoop pension. Toch stond hij erop, de thee die we samen dronken, te betalen. Al wist hij dat hij er weer een uur voor in de kou moest staan. Hij en de anderen die ik op de brug heb ontmoet, leefde heel arm en sober. Niet ergens in de rimboe, nee, midden in de grote stad. Ze worden van alle kanten omringd door luxe. En toch heb ik bij hen geen haat kunnen bespeuren ten opzichte van de rijken. Wel vergeleken ze de rijken met robots. Rijke mensen helpen ons niet. Ze hebben geen gevoelens. Ze kopen nooit iets van me. Alleen arme mensen gunnen me dat beetje klandizie, die hebben nog liefde en andere emoties", vertelde hij me. Mild en wijs gesproken. De zolenman en zijn metgezel probeerden zoveel mogelijk te maken van hun lot in dit grotendeels islamitisch land. Zonder zich gek te laten maken door welke religie of ideologie dan ook".

Had u niet heel erg de neiging hen allemaal wat geld toe te stoppen?

"Natuurlijk. Ik kwam elke ochtend uit een warm bed en dook na het wassen en scheren onder in hun wereld waar iedereen blij is met een halve euro. Dat voelde schizofreen. Toch moet je er als journalist met een zekere afstand naar kijken en de dingen laten gebeuren. Maar helemaal wennen zal het nooit. Bij dit soort intieme journalistiek zit altijd een vorm van verraad. Je solidariteit gaat nét niet zover dat je een van hen wordt. Toch wilde iedereen praten omdat ze blij waren dat hun verhaal verteld werd. Met die gedachte troost ik me maar".

In uw boeken staan vaak de verhalen van gewone mensen. Doet u dat omdat een persoonlijke geschiedenis beter beklijft?

"Je wordt een stuk wijzer als je met anderen praat. Je leert mensen beter of op een andere manier kennen. Ook mensen die je al denkt te kennen. Ik heb voor "De eeuw van mijn vader" broers en zussen intensief moeten ondervragen, en ik leerde ze daardoor zoveel beter kennen. Ik vind met mensen praten interessant en leuk. Ik houd van mensen".

Mening van de schrijver van deze blog: Een interessante man en dito interview. We kunnen hier nog veel van leren!!!
P.S.: Met dank aan vriendin Sally voor de gemaakte foto's!

zaterdag 1 maart 2008

De waan van de dag én Racoon




In de trein terug naar huis, kwamen we tot de conclusie, hoe de waan van de dag ons bezig houdt. En vooral dat mensen zichzelf verwijten dat ze steeds de verkeerde keuze(s) maken.
"Had ik dat maar geweten toen ik achttien was", zegt de dertiger. De vijftiger stelt: "Had ik dat maar geweten, toen ik dertig was. Eigenlijk kunnen ze blij zijn, dat ze het nú weten.
In de financiële wereld zegt men altijd: "behaalde resultaten uit het verleden, bieden geen garantie voor de toekomst". Misschien moeten wij gewoon stellen: "opgelopen schade(n) uit het verleden, hoeven geen belemmering te zijn voor de toekomst".

Schrikkeldag (29 februari 2008)
Eens in de 4 jaar hebben we één dag extra in februari. Achter het Centraal Station te Amsterdam, staken we met het pontje over (over het IJ welteverstaan). Waar een fraai uitgedoste dame ons vroeg: "Wat wensen jullie je voor de toekomst?" De wens mocht ik op een kleurig A4-tje schrijven, om daarna vrolijk te wapperen in de wind. Net zoals een gebedsvlaggetje in Nepal. De boodschap zal de wereld in waaien. Mijn wens luidde: "Ik wens meer verdraagzaamheid én wereldvrede". Niet méér en zéker niet minder. Wij mensen zijn de sleutels tot de vrede.

Staand aan het water, dacht ik aan de toespraak van Jules Deelder tijdens de verjaardag van de Rotterdamse haven. Waarin hij stelde, dat de haven groter was dan de stad Rotterdam.
Hij verwees naar de onverdraagzaamheid in de stad, gevoed door het nieuwe elan van Wilders en Verdonk. Terwijl nationaliteit en achtergrond niets uitmaakt in de haven van Rotterdam. Als de handel maar klopt en iedereen zijn werk goed doet. Rotterdamse havenarbeiders weten het, als er in Singapore wordt gestaakt; dat heeft effect op hun werk. Soms steunen ze stakingen, want de strijd in den vreemde wordt gevoeld als hun eigen strijd.

Terug op perron 5. De dames en heren van de pers staan gereed voor "Racoon". Hun nieuwe CD zal gepresenteerd worden in de trein. Samen met de persmensen stappen ze in. Spelen vijf nummers in een overvolle coupé. Een glimp vang ik op… Maar er zijn teveel ruggen van journaille waar ik tegenaan kijk…
Op Utrecht Centraal wordt een mini-concert gehouden, ten overstaan van vele forenzen in de grote stationshal. Vooral de song: "Love you more", blijft in mijn verliefde oren hangen. De lente is zowat begonnen. Vriendinnetje is uitvoerig bezig met het fotograferen van de 4 heren van Racoon (zie hierboven het resultaat...). Ik ga zitten naast een Indiase Sikh, die zich naast een modieus (islamitisch) meisje heeft gedrapeerd. Misschien is in enkele harten de wereldvrede al begonnen…

Veel geloof, hoop en liefde toegewenst, en veel plezier bij het bekijken van de foto’s.

M.M.

P.S.: Deze prachtige foto's zijn gemaakt door mijn vriendin Sally (freelance fotografe).
Kijk voor méér Racoon-foto’s op http://zuidenwind.blogspot.com